Arbeidsmarkt: Pieter Omtzigt en VVD
Ontdek de overeenkomsten en verschillen in het arbeidsmarktbeleid tussen Pieter Omtzigt's visie van Nieuw Sociaal Contract en de VVD.
Welke rol zal de nieuwe politieke partij "Nieuw Sociaal Contract," opgericht door Pieter Omtzigt, spelen in het huidige debat over de arbeidsmarkt en zelfstandige ondernemers (zzp'ers)? Laten we een analyse uitvoeren van zijn standpunten en stemgedrag, zowel in het heden als in het verleden.
Pieter Omtzigt heeft besloten deel te nemen aan de verkiezingen voor een nieuwe Tweede Kamer. Zelfs als zijn partij, Nieuw Sociaal Contract, naar verwachting minder zetels zal behalen dan wat de huidige peilingen voorspellen, zal hij, als een prominente figuur in het politieke spectrum, van aanzienlijk belang zijn. Dit geldt zeker voor kwesties met betrekking tot de arbeidsmarkt en zzp'ers, waar de traditionele links-rechts tegenstellingen nog steeds relevant zijn.
Het is daarom bijzonder boeiend om te onderzoeken welke opvattingen Omtzigt heeft over deze onderwerpen, zowel in het heden als in het verleden. In het verleden diende Omtzigt bijvoorbeeld als woordvoerder namens het CDA tijdens de Wet DBA-crisis in de jaren 2016-2017.
De politieke partij Nieuw Sociaal Contract heeft momenteel nog geen officieel partijprogramma beschikbaar. Dit geldt echter ook voor de meeste andere politieke partijen, dus we moeten nog even geduld hebben. Bij de aankondiging van de start van zijn nieuwe partij heeft Nieuw Sociaal Contract echter al twee documenten gepubliceerd “Grondgedachten & Uitgangspunten” en “Politieke lijn Groep Omtzigt als startpunt voor de politieke partij”.
In het document "Grondgedachten & Uitgangspunten" vinden we nog geen concrete voorstellen met betrekking tot de arbeidsmarkt, net zoals in het boek van Pieter Omtzigt uit 2021. Dit is wellicht begrijpelijk, aangezien zulke beginseldocumenten meestal breder van aard zijn.
Wat echter wel relevant is, is dat in dit document wordt benadrukt dat "de partij uitgaat van een relationeel en personalistisch mensbeeld." Bovendien wordt aangegeven dat "In de ordening (…) de samenleving tussen burgers en het maatschappelijk middenveld in evenwicht moet zijn met de rol van de staat en de markt." Hiermee laat Omtzigt zien dat hij, in lijn met het CDA, een andere benadering volgt dan het meer liberale gedachtegoed, dat gericht is op individualisme en deregulering.
Ook na zijn vertrek uit het CDA heeft Pieter Omtzigt zich als Kamerlid zeer actief getoond. Toch heeft hij relatief weinig deelgenomen aan commissievergaderingen en Kamerdebatten met betrekking tot de arbeidsmarkt, wat begrijpelijk is gezien zijn positie als eenmansfractie. Desalniettemin kunnen we enige inzichten verkrijgen uit zijn standpunten van de afgelopen jaren.
In het document "Politieke lijn Groep Omtzigt als startpunt voor de politieke partij," dat gelijktijdig met de grondgedachten is gepubliceerd, heeft hij enkele van zijn standpunten duidelijk uiteengezet.
Een van de meest uitgesproken standpunten betreft arbeidsmigratie, waarin Omtzigt verklaart: "De oplossing voor arbeidstekorten ligt niet in het overmatig aantrekken van buitenlandse arbeidskrachten." Om dit te bewerkstelligen, streeft hij naar een vermindering van de instroom van arbeidsmigranten, zoals expats, door het verminderen van royale belastingvoordelen. Daarnaast stelt hij voor om te handelen tegen "malafide uitzendbureaus" die verantwoordelijk zijn voor "slechte en soms schrijnende huisvestingssituaties."
Verder pleit Omtzigt voor de ontwikkeling van een visie op "een brede, bovenminimale inkomens(volks)verzekering voor risico's die niet beïnvloed kunnen worden door werkgevers en werknemers zelf." Het blijft echter onduidelijk of arbeidsongeschiktheid, ook onder zzp‘ers, hieronder valt, wordt niet duidelijk. Hij streeft er ook naar om de prikkels in het belastingstelsel geleidelijk te verminderen.
Laten we wat dieper ingaan op de stemkeuzes van Pieter Omtzigt bij moties met betrekking tot de arbeidsmarkt en het zzp-dossier sinds hij als onafhankelijk Kamerlid opereert. In deze context heeft hij vaak zijn stem uitgebracht in lijn met de coalitie, zij het soms ook in overeenstemming met de rechtse of juist de linkse oppositie.
Een opmerkelijke stem van Omtzigt was bijvoorbeeld zijn steun voor een VVD/D66 motie, waarin wordt opgeroepen om bij de beoordeling van de ondernemersstatus van zzp'ers niet alleen naar de werkrelatie met de opdrachtgever te kijken, maar ook naar de persoonlijke kenmerken van de zzp'er. Hierbij valt te denken aan criteria zoals het aantal opdrachtgevers, de mate van acquisitie-inspanningen en de zichtbaarheid op de markt. Dit standpunt is van bijzonder belang binnen het 'Wet DBA'-dossier, en het is opvallend dat de linkse oppositie juist tegen deze motie heeft gestemd.
Verder heeft Omtzigt zijn stem uitgebracht voor een motie van JA21, waarin wordt opgeroepen om zelfstandigen een aparte rechtspositie te geven. Deze motie kreeg steun van de VVD en D66, maar niet van het CDA.
Aan de andere kant vond Omtzigt het te ver gaan om nu al te kiezen voor een gegarandeerde opt-out voor zzp'ers met betrekking tot de arbeidsongeschiktheidsverzekering (aov), zoals voorgesteld in een motie van de PVV. Dit standpunt deelde hij met de coalitiepartijen en de linkse partijen. Met name de VVD en D66 zijn voorstanders van zo'n opt-out, maar ze zijn ook gevoelig voor het argument van minister Van Gennip dat de uitvoerbaarheid ervan gewaarborgd moet zijn, een punt waar Omtzigt eveneens belang aan hecht. Omtzigt heeft echter wel gestemd voor een verzoek van de VVD om in de uitwerking van de plannen voor de aov rekening te houden met de mogelijkheid van een opt-out.
Het aspect van handhaving en uitvoerbaarheid komt regelmatig terug in de standpunten van Pieter Omtzigt. Een voorbeeld hiervan is zijn standpunt ten aanzien van de Wet Gelijke kansen bij Werving en Selectie, waarbij hij tegen het koppelen van deze wet aan de verplichte certificering voor uitzendbureaus en detacheringsbureaus was. In tegenstelling tot een ruime meerderheid in de Tweede Kamer, steunde Omtzigt het idee dat deze detachering- en uitzendbureaus onmiddellijk hun certificering verliezen als ze veroordeeld worden voor discriminatie, wat bijvoorbeeld niet het geval was voor BBB, PVV en FvD.
Op andere beleidsterreinen zien we Omtzigt soms met de coalitie meestemmen en soms juist met de linkse of rechtse oppositie. Zo heeft hij bijvoorbeeld gestemd voor een onderzoek naar mogelijke belemmeringen veroorzaakt door CAO's en heeft hij zijn steun gegeven aan de aangenomen motie die oproept om zzp'ers een gelijke positie te geven in de polder. Hierbij hebben de linkse partijen tegen gestemd. Aan de andere kant heeft Omtzigt met de coalitie en de rechtse oppositie gestemd tegen bepaalde linkse moties, zoals de PvdA-motie die beoogde tijdelijke contracten te beperken tot een periode van zes maanden.
Tevens heeft hij zich aangesloten bij de linkse oppositie in het stemmen voor een motie die beoogt het uitzendcontract / uitzendovereenkomst (fase A) te beperken tot 26 weken. In tegenstelling tot de regeringspartijen en de linkse oppositie, heeft Omtzigt gestemd voor een motie om de loondoorbetaling bij ziekte te beperken tot 1 jaar. Beide standpunten zijn in lijn met het advies van de Commissie Borstlap.
Hoewel zijn stemgedrag nog geen volledige arbeidsmarktstrategie onthult, kunnen voorzichtige contouren worden waargenomen die passen bij zijn bredere sociaal-conservatieve benadering. Omtzigt toont zich krachtig op het gebied van arbeidsmigratie, beperking van uitzendarbeid, ruimte voor werkgevers en duidelijkheid voor zelfstandige ondernemers.
Pieter Omtzigt heeft altijd de nadruk gelegd op de noodzaak van duidelijkheid voor zelfstandige ondernemers (zzp'ers). Dit was reeds het geval tijdens zijn actieve periode in de Tweede Kamer, toen hij uitgebreide debatten voerde met voormalig staatssecretaris Wiebes van de VVD over de Wet Deregulering Beoordeling Arbeidsrelaties (Wet DBA).
Samen met collega-oppositielid Steven van Weyenberg van D66 zorgde Omtzigt ervoor dat de problemen met betrekking tot de Wet DBA op de agenda van de Tweede Kamer bleven staan. Uiteindelijk resulteerde dit in het feit dat de Wet DBA de facto in de ijskast werd gezet. In samenwerking met Van Weyenberg zorgde Omtzigt er echter voor dat het handhavingsmoratorium dat was ingesteld door Wiebes niet absoluut werd. Hun ingediende moties zorgden ervoor dat de Wet DBA wel van toepassing bleef op "evident kwaadwillenden."
Het was voor Omtzigt geen optie om een wet in te voeren en vervolgens de handhaving te laten verslappen. In zijn vijfpuntenplan om de crisis rondom de Wet DBA aan te pakken, benadrukte hij juist het belang van handhaving. Bovendien pleitte hij voor een verduidelijking van het arbeidsrecht met betrekking tot de positie van zzp'ers. Dit betekent echter niet automatisch dat er meer ruimte wordt gecreëerd voor zzp'ers. Zo stond Omtzigt kritisch tegenover het idee dat wanneer je je kunt laten vervangen, je automatisch als zzp'er zou kunnen werken, een standpunt dat nu ook wordt ingenomen door de Belastingdienst, mede als gevolg van een uitspraak van de Hoge Raad. Verder streefde Omtzigt ernaar om het voor werkgevers aantrekkelijker te maken om werknemers in loondienst te nemen.
Deze standpunten van Omtzigt waren reeds duidelijk in 2016 en lijken onveranderd in 2023 te zijn.
Het concept-verkiezingsprogramma van de VVD bevat tal van plannen met betrekking tot zelfstandige ondernemers (zzp'ers). De VVD blijft vasthouden aan het idee van een eigen rechtspositie voor zzp'ers, ondanks de bezwaren van de demissionaire minister van Sociale Zaken.
In het concept-verkiezingsprogramma voor 2023, getiteld "Ruimte geven en grenzen stellen," benadrukt de VVD, onder leiding van lijsttrekker Dilan Yesilgöz, haar intentie om grip te krijgen op arbeidsmigratie, het onderwerp dat leidde tot de val van het vorige kabinet. Zoals verwacht zet de VVD in op een aanzienlijke beperking van immigratie.
Traditiegetrouw besteedt de VVD ook dit keer veel aandacht aan ondernemerschap en zelfstandige ondernemers (zzp'ers). De partij stelt dat ondernemers vaak te maken hebben met een complexe lappendeken van verwachtingen, verplichtingen en lasten, en ze heeft plannen om hier verandering in te brengen. Daarnaast beoogt de VVD de toegang tot financiering voor ondernemers te verbeteren en hen te ondersteunen bij het stimuleren van hun personeel om meer uren te werken, bijvoorbeeld door middel van lagere belastingen op arbeid.
De VVD pleit er ook voor dat werknemers meer vrijheid krijgen. Ze streven ernaar om werkenden, in overleg met werkgevers, meer ruimte te geven om hun werk- en privéleven op hun eigen manier in te richten. Hierbij wordt specifieke aandacht besteed aan flexibele werktijden, waarbij thuiswerken extra gestimuleerd zal worden.
Verder wil de VVD de lasten voor werkgevers verlichten, zodat ondernemers meer werknemers in vaste dienst kunnen nemen. Daarnaast streven ze naar verdere versoepeling van de loondoorbetalingsregels voor zieke werknemers en willen ze de bureaucratische lasten verminderen. Kortom, de VVD streeft naar duidelijkheid en gunstige voorwaarden voor ondernemers.
De VVD benadrukt het belang van duidelijkheid voor zelfstandige ondernemers, ook wel bekend als zzp'ers. De partij onderstreept dat de meeste zzp'ers weloverwogen en bewust kiezen voor het zelfstandig ondernemerschap, waarbij ze werken voor eigen rekening en risico. De overheid dient hen dan ook niet onnodig te hinderen.
Hoewel de VVD erkent dat schijnzelfstandigheid een kwestie is, heeft de partij de intentie om de regelgeving te verhelderen, met de bedoeling echte zzp'ers buiten schot te houden. De VVD wil de handhaving met name richten op sectoren met een verhoogd risico en streeft naar de oprichting van een aparte rechtsvorm voor zzp'ers. Hiermee wil de partij vooraf duidelijkheid bieden aan iedere zelfstandige ondernemer.
Het idee van een aparte rechtspositie voor zzp'ers in het Burgerlijk Wetboek is al langer een streven van de VVD. Dit zou de mogelijkheid bieden om een scherpere scheiding te maken tussen legitieme zelfstandigen en schijnzelfstandigen. In eerdere verkiezingsplannen van de VVD werden al twee minimale criteria voor het zzp-schap genoemd: de vrijheid om opdrachten te aanvaarden en het recht om eigen tarieven vast te stellen.
Eind 2021 genoot het idee van een eigen rechtspositie voor zzp'ers brede steun in de Tweede Kamer. Een motie van Ja21, die pleitte voor een 'wettelijke regeling voor zelfstandig ondernemerschap die de rechtspositie van zzp'ers in alle relevante aspecten vastlegt,' werd met een ruime meerderheid aangenomen.
Het CDA daarentegen was tegen dit voorstel. Minister Karien van Gennip van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, lid van het CDA, wees het verzoek af. Volgens haar zou een afzonderlijke rechtspositie in het Burgerlijk Wetboek niet de gewenste helderheid bieden. Dit idee maakte dan ook geen deel uit van haar plannen om de arbeidsmarkt te hervormen.
Een arbeidsongeschiktheidsverzekering voor zelfstandige ondernemers stond wel op het programma van Minister Van Gennip. De VVD steunt dit initiatief volledig. In hun programma staat: "Daarom gaan we door met de invoering van de arbeidsongeschiktheidsverzekering voor zelfstandigen." Daarbij vindt de VVD het belangrijk dat zelfstandigen de keuze hebben om zelf een private verzekering af te sluiten.
Tot slot streeft de VVD ernaar zelfstandigen meer mogelijkheden te bieden om te sparen voor hun pensioen. Momenteel voert de regering experimenten uit om zzp'ers dezelfde fiscale voordelen te geven voor het opbouwen van pensioen als werknemers, bijvoorbeeld door direct bij een pensioenfonds pensioenkapitaal op te bouwen. Als deze proefprojecten succesvol blijken te zijn, heeft de VVD plannen om een permanente regeling in te voeren.
Wat betreft arbeidsmigratie benadrukt de VVD: "We moeten kritischer beoordelen welke arbeidsmigranten (van buiten de EU) waardevol zijn voor onze samenleving en welke niet." De eisen voor arbeidsmigranten die naar Nederland komen, dienen te worden verscherpt, terwijl het stimuleren van terugkeer wordt aangemoedigd. De VVD is vastbesloten om de aanbevelingen van de Commissie Roemer op te volgen en malafide uitzendbureaus aan te pakken. De partij pleit voor de instelling van een bestuursrechtelijk verbod voor malafide uitzendondernemers die herhaaldelijk zijn bestraft.
(Pieter Omtzigt) De oplossing voor arbeidstekorten ligt niet in het overmatig aantrekken van buitenlandse arbeidskrachten. Om dit te bewerkstelligen, streeft hij naar een vermindering van de instroom van arbeidsmigranten, zoals expats, door het verminderen van royale belastingvoordelen. (VVD) Wat betreft arbeidsmigratie benadrukt de VVD: We moeten kritischer beoordelen welke arbeidsmigranten (van buiten de EU) waardevol zijn voor onze samenleving en welke niet. De eisen voor arbeidsmigranten die naar Nederland komen, dienen te worden verscherpt.
(Pieter Omtzigt) Daarnaast stelt Omtzigt voor om te handelen tegen "malafide uitzendbureaus" die verantwoordelijk zijn voor "slechte en soms schrijnende huisvestingssituaties." (VVD) De VVD is vastbesloten om de aanbevelingen van de Commissie Roemer op te volgen en malafide uitzendbureaus aan te pakken.
(Pieter Omtzigt) Een opmerkelijke stem van Omtzigt was bijvoorbeeld zijn steun voor een VVD/D66 motie, waarin wordt opgeroepen om bij de beoordeling van de ondernemersstatus van zzp'ers niet alleen naar de werkrelatie met de opdrachtgever te kijken, maar ook naar de persoonlijke kenmerken van de zzp'er. Hierbij valt te denken aan criteria zoals het aantal opdrachtgevers, de mate van acquisitie-inspanningen en de zichtbaarheid op de markt.
(Pieter Omtzigt) Verder heeft Omtzigt zijn stem uitgebracht voor een motie van JA21, waarin wordt opgeroepen om zelfstandigen een aparte rechtspositie te geven. Deze motie kreeg steun van de VVD en D66, maar niet van het CDA. Volgens Minister Karien van Gennip van Sociale Zaken en Werkgelegenheid zou een afzonderlijke rechtspositie in het Burgerlijk Wetboek niet de gewenste helderheid bieden.
(VVD) Een arbeidsongeschiktheidsverzekering voor zelfstandige ondernemers stond wel op het programma van Minister Van Gennip. De VVD steunt dit initiatief volledig. In hun programma staat: "Daarom gaan we door met de invoering van de arbeidsongeschiktheidsverzekering voor zelfstandigen." Maar wat is de mening van Pieter Omtzigt hierover?
(VVD) Verder wil de VVD de lasten voor werkgevers verlichten, zodat ondernemers meer werknemers in vaste dienst kunnen nemen. Daarnaast streven ze naar verdere versoepeling van de loondoorbetalingsregels voor zieke werknemers en willen ze de bureaucratische lasten verminderen. (Pieter Omtzigt) Tevens heeft Omtzigt zich aangesloten bij de linkse oppositie in het stemmen voor een motie die beoogt het uitzendcontract of uitzendovereenkomst (fase A) te beperken tot 26 weken. In tegenstelling tot de regeringspartijen en de linkse oppositie, heeft Omtzigt gestemd voor een motie om de loondoorbetaling bij ziekte te beperken tot 1 jaar.