Uitzendovereenkomst bij ziekte
Lees het artikel over de uitspraak van de Hoge Raad op 17 maart 2023 omtrent de uitzendovereenkomst en het uitzendbeding.
Het uitzendbeding houdt in dat een uitzendovereenkomst onmiddellijk en automatisch eindigt als de uitzendkracht zijn werk niet meer kan uitvoeren, bijvoorbeeld omdat hij zich ziek heeft gemeld. Dit beding geldt voor de eerste 26 weken – bij cao te verlengen tot maximaal 78 weken als dit in de cao is geregeld. Het uitzendbeding is opgenomen in de NBBU, een cao voor uitzendkrachten, en geldt tussen het uitzendbureau en de uitzendkracht.
Is een bepaling in een collectieve arbeidsovereenkomst (cao) geldig als deze bepaling stelt dat een uitzendovereenkomst zonder meer eindigt in geval van ziekte van de uitzendkracht? De Hoge Raad heeft deze vraag beantwoord in een uitspraak op 17 maart 2023. De Hoge Raad oordeelt dat in zo'n situatie de uitzendovereenkomst alleen kan eindigen als de inlener daadwerkelijk een verzoek doet tot beëindiging van de terbeschikkingstelling van de uitzendkracht.
De zaak betrof een werknemer in dienst van een uitzendbureau die tijdelijk arbeidsongeschikt raakte door een arbeidsongeval tijdens werkzaamheden in het bedrijf van de inlener. De toepasselijke cao stelde dat de uitzendovereenkomst eindigt wanneer de inlener om welke reden dan ook de uitzendkracht niet langer wil of kan inlenen. In geval van ziekte of ongeval van de uitzendkracht wordt de terbeschikkingstelling direct na de ziekmelding geacht met onmiddellijke ingang te zijn beëindigd op verzoek van de inlener, aldus de cao.
De werknemer was het hiermee niet eens en vorderde doorbetaling van loon. De kantonrechter wees de vordering af, maar in hoger beroep wees het gerechtshof Den Haag de loonvordering toe met het argument dat de cao-bepaling in strijd is met het wettelijke ontslagverbod tijdens ziekte. Het uitzendbureau stelde beroep in cassatie in bij de Hoge Raad, maar heeft uiteindelijk het cassatieberoep ingetrokken.
De Hoge Raad heeft de rechtsvraag toch beantwoord en oordeelt dat het uitzendbeding, waarbij de uitzendovereenkomst eindigt doordat de terbeschikkingstelling van de uitzendkracht aan de inlener op verzoek van de inlener ten einde komt, ook in geval van ziekte van de uitzendkracht tot beëindiging van de uitzendovereenkomst kan leiden. Dit is niet in strijd met het wettelijke ontslagverbod bij ziekte. Wel is in dat geval vereist dat de inlener daadwerkelijk een verzoek tot beëindiging van de terbeschikkingstelling van de uitzendkracht doet. Het gedeelte van de cao-bepaling dat stelt dat de terbeschikkingstelling in geval van ziekmelding geacht wordt te zijn beëindigd op verzoek van de inlener, is volgens de Hoge Raad niet geldig. Deze koppeling van het einde van de uitzendovereenkomst aan een fictief verzoek van de inlener tot beëindiging van de terbeschikkingstelling doet afbreuk aan de rechtspositie van de uitzendkracht en is daarom niet toelaatbaar.
De Hoge Raad benadrukt dat er wel echt een verzoek van de inlener moet liggen. Zoals dit in de NBBU cao staat, mag het niet. In deze cao wordt namelijk geregeld dat de uitzending bij ziekte onmiddellijk wordt geacht te zijn beëindigd. Dit is echter in strijd met de wet, omdat er een verzoek van de inlener vereist is.
De Hoge Raad oordeelt dat art. 13 lid 3 onder a NBBU-cao gedeeltelijk in strijd is met art. 7:691 lid 2 BW, maakt de cao-bepaling in zoverre nietig.
Bij Flexmeester zijn Microsoft 365 en sjablonen naadloos geïntegreerd. Dit betekent dat je contracten gemakkelijk opstelt in een Word-document en Flexmeester automatisch de variabele gegevens, zoals de naam van de uitzendkracht, invult met behulp van tags. Dit geldt ook voor plaatsingsovereenkomsten, waardoor het proces van het opstellen van overeenkomsten geautomatiseerd wordt. Dankzij deze integraties bespaar jij kostbare tijd en verhoog je de efficiëntie van jouw bedrijf.